We hebben een paar dagen voor twee kleinkinderen gezorgd. Dat is een verhaal op zich, niks bijzonders, niet sensationeel, je wilt er niets van weten, zo onbelangrijk, maar voor ouders met begindatum jaren zeventig wel weer een ervaring. Net op het moment dat in de Volkskrant een artikel staat dat vertelt dat kinderen van vier die naar school gaan wel in het Engels tot twintig kunnen tellen maar een enorme achterstand in grove motoriek, woordenschat en sociale vaardigheid hebben. De moeder van de twee, creatief therapeut, werkt met kinderen met een beperking, vulde aan: Kinderen van die leeftijd zijn zich zelfs vaak niet bewust van hun lichaam. Ze leven vooral met en in hun hoofd en vooral het contact met hun handen is ontwikkeld. Iets met klikken en scrollen. Die twee kleinkinderen zijn daar overigens ook zeer bedreven in maar ze fietsen en rijden paard als de dolle dus dat komt wel op zijn pootjes, denk ik dan. Maar goed, toen we weer thuis waren en we in de koelkast keken, bleek dat we nog wat boodschappen moesten doen. El ruimde onze logeerspullen op, ik ging naar de supermarkt. En ik ga je nu met iets lastigvallen dat me zo nu en dan overvalt. Heeft óók te maken met tijden die veranderen. In mijn boodschappentas, gekocht op de markt van Carpentras, ergens in de jaren tachtig van de vorige eeuw, had ik, toen ik de supermarkt uitkwam, onder andere een onsje cervelaat speciaal. Ik had er 2,71 euro voor betaald. Dat is in guldens 5,96! Daar kun je je toch niks meer bij voorstellen? Althans niet als oudere; ook niet als je je jongere oudere waant. Wat ik nog kwijt wil: Kaas, dat is ook in euro’s waanzinnig duur geworden. Tegelijkertijd: die twee kleinkinderen, als die zich echt van prijzen bewust worden. De hel, lijkt me dat. Maar, gaat niet gebeuren, denk ik ook. Deze dagen realiseerde ik me eens te meer dat wat voor mij zorgelijke zaken zijn voor mijn kleinkinderen een eerstbeleefd normaal is. Tot ongeveer hun veertigste.