Op de zijkant van het bushokje stond Gemeente Sittard-Geleen en daaronder nog Born. We fietsten over de Stationsweg in Venray, dus dat hokje werkte vervreemdend. Ik zag het in een flits. Waar waren we nu weer beland? Wilden we dit wel? Als je even niet beter wist, wist je je vijfenzeventig kilometer zuidelijker. Ik vraag me dan af hoe dat glazen paneel in de zijkant van een Venrays hokje terecht kwam. Tegelijk denk ik: Hoe gaat het me verder brengen in het leven, dat ik dat weet. Het te willen weten kost alleen maar tijd en levert wie weet ook nog ergernis op. Het was al erg genoeg dat ik had gezien dat er een verkeerd zijpaneel in dat bushokje zit. En dan ook nog van de gemeente Sittard-Geleen, Born. Ik heb daar niets mee en wil het ook graag zo houden. Maastricht, dat had gemogen, dan kun je op mijn begrip rekenen. Enfin, zo kan ik nog wel even doorgaan. We kwamen langs het bushokje op de terugweg van vrienden. Ze wonen noodgedwongen tijdelijk in een vakantiehuis in Oostrum. Ze zijn – als slachtoffers- het levende bewijs dat aannemers altijd meer beloven dan ze waar kunnen maken. We hebben er ook ervaring mee; drie keer. Vee was er ook. We kennen elkaar al lang, Pee, Em, El, Vee en ik, het zal tegen de vijftig jaar lopen. We proberen in ons leven vooral allereerst in de dag te leven, dan vooruit te kijken en daarna pas terug. Dat is op onze leeftijd een uitdaging maar we houden van uitdagingen, denk ik. Om dat even te relativeren: accepteren dat een zijpaneel van een bushokje in Venray eigenlijk in de gemeente Sittard-Geleen, Born thuishoort, het doet pijn, maar ook die uitdaging gaan we aan. Adem in, adem uit.