Wakker

Bij de viersprong moesten we zijn. We waren er na een telefoontje en enig zoeken toch nog op tijd bij uitgekomen. Er stonden wat hekken en wat auto’s plus een verkeersregelaar met een fluitje. En blaast die op dat fluitje dan weet je: Hier is de koers! De viersprong lag in het buitengebied ten noorden van Deurne; waar de wegen tussen de open velden kaarsrecht zijn, en smal en vlak en winderig én met forse bomen afgebiesd. Daar is de ideale habitat voor koersen in het begin van het seizoen, als de benen langzaam uit hun winterslaap komen en er nog kilometers moeten worden gemaakt zonder al te veel poespas. Met vier of vijf bochten in het parcours heb je dan zoiets ingewikkelds als sturen wel tot een minimum beperkt. We liepen door naar de start en finish. Het was er een toffe boel met muziek uit de jaren zestig en zeventig. Er stonden ongeveer tachtig mannen van alle leeftijden en één jonge vrouw klaar om op smalle bandjes met hoge snelheid het door zware landbouwvoertuigen ruw gereden asfalt te teisteren. Kleinzoon Em van veertien had er ook zin in. Voor hem waren we daar, ten noorden van Deurne, waar de zon stukje bij beetje wegzakte boven nog zandig bruine akkers en waar een kille wind een einde maakte aan een aangename lentedag. En toen viel de muziek stil. Iemand riep in een microfoon: Rijden maar! En daar gingen ze, met krakende kettingen en kuiten op ontploffen. Na een uurtje hadden we ze allemaal een keer of vijf voorbij zien komen en hielden we het voor gezien. Em werd als verwacht nog gedubbeld, terwijl zijn gemiddelde snelheid 36,3 km/h was. Ik keur het goed. Benen zijn wel wakker, lijkt mij.