Je hoort mij niet lachen om het geel-zwarte team met al zijn plannen om Pogacar uit het geel te rijden. Uit het geel rijden, zeggen de mannen van Visma maar ze bedoelen kapot maken. Helaas, de man die Pogi wordt genoemd geeft geen krimp. Hij geeft elke etappe fietsles. Elke etappe is een masterclass. Joop Zoetemelk zei ooit dat de Tour de France vooral in bed gewonnen wordt, het team van Visma denkt dat je vooral met laptops moet aanschuiven aan de vergadertafel en ondertussen wint Pogacar de Tour de France gewoon op de fiets. Nou ja, gewoon. De overmacht waarmee is nogal (héél) ongewoon. Altijd slaagt hij erin te volgen en dan op het eindje, poef ….. hij is weg en pakt er weer wat tijd bij. Of hij geeft er al wat eerder een snok aan en poef …… iedereen heeft het nakijken – vaak tot aan de finish. De renfiets is mij als ex-hobbyfietser niet vreemd. Met vrienden maakte ik in de tachtiger jaren soms lange tochten. Maastricht-Marseille, bijvoorbeeld. Daar deden we een week over. Zelf was ik meestal matig getraind en daarvoor betaalde ik zwaar in de etappes die door het middel- en hooggebergte gingen. Jij ziet nou die jongens op televee met grote snelheid de cols opvliegen en daarna monter en zonder met bloeddoorlopen ogen een interviewtje geven. Jij denkt: Valt dus wel mee, dat fietsen in de bergen. Ik herken niets van dat alles. Denk vooral niet te min over wat die jongens en meisjes (!!!) op de flanken van die bergreuzen aan prestaties uitrollen. En onderschat niet de wind en het hellinkje op en hellinkje af over die eindeloze Franse wegen. Als die mannen in het zwart en geel met al hun plannen – zag je trouwens hoe ze op de hellingen systematisch en perfect bidonnen kregen aangereikt? – weer een tik op de neus krijgen, dan kun je daar om lachen, maar stap zelf maar eens op de fiets om bijvoorbeeld de Ventoux op te rijden. Ik zal niet lachen.