Hier in de boekenkast staat de negende druk van Moderne Kookkunst. Het is ook de laatste druk van het boek. Althans in dat tijdsgewricht . Het is dan 1919 en François Blom leeft dan nog. Blom is kok, maar niet zomaar een kok. Hij is cuisinier en heeft een reputatie die verder reikt dan zijn eigen fornuis. Het zou me mogelijk allemaal niet zo boeien ware het niet dat Blom mijn overgrootvader is, de opa van mijn moeder, de vader van haar moeder. En het is ook pas van de laatste tijd dat ik me afvraag waarom er over de goede man zo weinig te vinden is op internet. Wat ik van hem weet komt met name van een neef, ook kok en bekend ex-restauranthouder te Hengelo die al vroeg gefascineerd raakte door het multitalent dat François Blom was. Blom was namelijk ook nog een begaafd tekenaar en schilder. En hij was waarschijnlijk vooral ook een ondernemend type. Geboren in 1857 trok hij op enig moment Europa in om in de betere keukens in Duitsland, Zwitserland, Italië, Frankrijk en Engeland zijn licht op te steken en zo zijn neus voor de fijne keuken, de haute cuisine te ontwikkelen, te verfijnen en vooral ook aan de man te brengen. Nog voordat grotere culinaire beroemdheden als Escoffier zich met hun recepturen aan de top van diner bereidend Europa nestelden. Blom streek uiteindelijk neer in Den Haag waar hij in 1889 aan de Casuaristraat Conserves Alimentaires begon. Daar bereidde hij onder andere sauzen, paté’s en conserven en stelde hij kokskruiden samen. Hij kon toen al adverteren met door hem behaalde prijzen – gouden en zilveren medailles – op internationale culinaire evenementen als de Exposition Internationale des Produits Alimentaires in 1889 in Parijs. Ik heb de indruk dat hij de productie ook uitbesteedde (Van Geel, Amsterdam) terwijl hij wel de leiding over de productie behield. Hij werkte ondertussen ook als chef cuisinier, onder andere in Hotel des Indes in Den Haag waar de beau monde kind aan huis was. In 1891 verscheen de eerste druk van Moderne Kookkunst. Ter verduidelijking voegde Blom door hem zelf getekende illustraties in. Zijn recepturen waren – zeer gewild en gewaardeerd – leidend bij de diners ter gelegenheid van de achttiende verjaardag van Wilhelmina en van haar huwelijk in 1901 met Frederik Hendrik. Of hij ook leiding gaf aan de keukenbrigades is mij niet bekend. Mijn moeder gaf tot op hoge leeftijd zeer op van de Worcester Sauce van haar opa.
Met dank aan mijn neef Es Vee die voor en na onderzoek deed naar FB en aan mijn zussen die in de loop van de tijd wat materiaal met betrekking tot FB conserveerden en verzamelden. Mogelijk publiceer ik de komende maanden nog wat meer over FB, waarna ik wellicht een poging waag een wikipediapagina aan hem te wijden.